Dyslexie
In het begin van het schooljaar in de brugklas word je bij het vak Nederlands getoetst op spelling, woordkennis en tekstbegrip. Dit doen wij om te kijken wat je startniveau is en of er problemen zijn.
Als je lager scoort dan gemiddeld, kan dat komen doordat je zenuwachtig bent of dat het al weer een tijd geleden is dat je spelling geoefend hebt op de basisschool. Voor de zekerheid doen de RT’ers dan een extra taalonderzoek. Eventueel volg je daarna een paar steunlessen spelling of tekstbegrip om je op weg te helpen. Mocht je daarna ook nog extra ondersteuning nodig hebben, dan bespreken de RT’ers dat met je ouders.
Als je al een dyslexieverklaring hebt, dan bespreek de RT’er met jou van welke faciliteiten jij gebruik kunt maken (bijvoorbeeld extra tijd, werken met Kurzweil enz.) en zorgen de RT’ers ervoor dat de docenten daarvan op de hoogte zijn. Er kan dan rekening mee gehouden worden bij elk vak. Je kunt een aantal RT-lessen op school krijgen om je op weg te helpen bij het leren.
Ook bij het vak wiskunde vindt er aan het begin van de brugklas een toets plaats om te bepalen wat je niveau is. Als je onvoldoende scoort, krijg je een aantal rekenlessen. In deze lessen komen verschillende vaardigheden aan bod zoals vermenigvuldigen, verhoudingen, breuken en dergelijke. Je kunt tijdens een EEMuur dan terecht bij een docent voor hulp en je werkt thuis of in het zelfwerkuur dan verder met de digitale methode hierbij.
Heb je dyscalculie, dan zullen de RT’ers ervoor zorgen dat de docenten hiervan op de hoogte zijn. Zowel bij dyslexie als bij dyscalculie kunnen faciliteiten worden verleend als er een rapportage aanwezig is.
Klik hier voor het dyslexieprotocol.